In onze economie zijn honderden miljarden euro’s in omloop. Geld dat komt van banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Wat als financiële instellingen al dit geld op een duurzame en groenere manier zouden investeren?
De financiële sector kan een sleutelrol spelen in het behoud en het herstel van natuur. Ons spaar- en pensioengeld, bedrijfskapitaal en de rijksschatkist worden beheerd door banken en vermogensbeheerders. Met beleggingen en leningen bepalen zij welke bedrijven en projecten gesteund worden.
Dat zijn investeringen met mogelijk grote gevolgen. Ze kunnen zorgen voor meer natuurverlies of juist voor natuurbehoud. De financiële sector kan dus hét verschil maken op weg naar een groene wereld.
Groen investeren is een win-winsituatie. Nederlandse financiële instellingen hebben namelijk 500 miljard euro aan financieringen uitstaan aan bedrijven die zeer afhankelijk zijn van de natuur, berekende de Nederlandse Bank samen met het Planbureau voor de Leefomgeving.
Toenemend natuurverlies betekent een toenemend risico op productieverlies voor bedrijven. Groener investeren is dus niet alleen goed voor de planeet, maar ook van belang voor de opbrengsten van banken, pensioenfondsen en verzekeraars.
Niet alleen de Nederlandse economie is sterk afhankelijk van de natuur. Dit geldt ook voor de helft van de wereldeconomie. Daarbij gaat het om 44 biljoen dollar, blijkt uit onderzoek van het World Economic Forum.
En daar liggen gelijk ook kansen. Voedsel, infrastructuur en energie zijn de drie industrieën die verantwoordelijk zijn voor bijna tachtig procent van het natuurverlies wereldwijd. Als we hier op een andere manier in investeren, ontstaan er 400 miljoen banen en 10 biljoen dollar aan zakelijke kansen.
Hoe meer groene investeringen, hoe beter. Natuurpositieve financiering noemen we dat. Leningen en beleggingen die goed zijn voor de biodiversiteit, de natuur en het klimaat.
WWF werkt op twee manieren toe naar een economie in harmonie met de natuur:
Door de werkwijze van de financiële sector te vergroenen. We geven inzicht in de risico’s die instellingen lopen wanneer ze investeren in praktijken die voor verlies van biodiversiteit zorgen.
We koppelen financiële instellingen aan groene projecten, ontwikkeld door WWF en lokale bedrijven in natuurrijke gebieden. Zo kan op een duurzame manier geïnvesteerd worden.
WWF brengt in kaart op welke manier bedrijven afhankelijk zijn van de natuur en welke impact hun activiteiten hebben op de biodiversiteit. En waar de risico’s, maar ook de kansen liggen voor de vermogensbeheerders. Dit maken we inzichtelijk met de Taskforce on Nature-related Financial Disclosures (TNFD).
Dit raamwerk levert inzichten, kennis en richtlijnen op. Ook gaat WWF samenwerkingen aan met financiële instellingen als Rabobank en Robeco. Zo kunnen we de sector van binnenuit verduurzamen en een bredere coalitie vormen van bedrijven die bijdragen aan meer natuur. In dit proces blijven we altijd eerlijk, scherp en kritisch. We willen een groene, duurzame wereld, zo snel mogelijk. Dit staat dan ook altijd voorop in al onze adviezen.
Ook helpt WWF financiële instellingen met investeren in groene projecten en organisaties wereldwijd. Dat gebeurt onder meer via het Dutch Fund for Climate and Development (DFCD). Dit fonds richt zich op projecten voor klimaatadaptie en natuurherstel in ontwikkelingslanden. Zo worden de meest kwetsbare gemeenschappen en ecosystemen weerbaarder tegen de gevolgen van klimaatverandering.
Het fonds kon in 2019 van start dankzij € 160 miljoen van het ministerie van Buitenlandse Zaken. In de 5 jaar daarna wist DFCD maar liefst € 1,3 miljard aan privaat kapitaal te mobiliseren voor duurzame projecten van bedrijven. Zo helpen bedrijven in deze projecten bijvoorbeeld ontbossing tegen te gaan en zorgen ze voor meer schoon drinkwater.
Ook doen we mee aan Mobilising More for Climate. In dit programma werken we samen met lokale bedrijven en organisaties aan projecten met een positieve impact op mens en natuur in onder meer Kameroen, Ghana, Indonesië, Mozambique en Oeganda.
PT Indobamboo werkt op het Indonesische eiland Flores samen met lokale boeren die samen op een duurzame manier 10.000 hectare bamboebos beheren. Van die bamboe worden FSC-gecertificeerde producten gemaakt.
Na een initiële DFCD-toelage van €350.000 heeft het project de aandacht getrokken van meerdere investeerders. Het bedrijf werkt nu aan een plan voor de lange termijn. Bamboe kan elk jaar tot 50.000 ton CO2 opslaan per hectare. Ook houden de bossen regenwater vast. Dit beschermt de lokale bevolking tegen overstroming.
Het Indiase bedrijf Ranipur Biomass zet suikerrietafval om in grondstoffen voor biologisch afbreekbare bekers, bordjes, bestek en voedselverpakkingen. Dankzij een DFCD-toelage van €274.500 kan er een testfabriek gebouwd worden.
Uiteindelijk heeft Ranipur €20 miljoen nodig voor een grotere faciliteit zodat ze de komende 10 jaar kunnen voorkomen dat 2,7 miljoen ton biomassa verloren gaat, 1,6 miljoen bomen gekapt worden en 183.000 ton CO2 vrijkomt. Ook levert het 20.000 hectare duurzaam beheerde landbouwgrond en 500 banen op.
In Tanzania gebruikt het bedrijf Chanzi vliegenlarven om voedselresten om te zetten in proteïne voor veevoer en organische mest. Hierdoor neemt overbevissing en afhankelijkheid van sojateelt af. Met de DFCD-toelage van €349.060 is geïnvesteerd in onderzoek.
Chanzi wil binnen 4 jaar uitbreiden naar 50 locaties verspreid over 5 landen. Hier is een lening van €10 miljoen voor nodig. De huidige 6 faciliteiten voorkomen al dagelijks 85 ton CO2-uitstoot. Ook verdienen boeren meer omdat het veevoer goedkoper is. En het heeft banen opgeleverd voor vooral jongeren en vrouwen.
Financoop is een coöperatieve financiële instelling in Ecuador die krediet verstrekt aan mensen die overstappen naar duurzame landbouw. Door de DFCD-toelage van €235.000 kon met groene producten getest worden en gemonitord.
De instelling heeft een investering van €10 miljoen nodig om het groene krediet nationaal te kunnen invoeren. Dan kan 28.000 hectare landbouwgrond duurzaam beheerd worden. Dat zijn zo’n 14.000 boeren die daarmee ook weerbaarder worden tegen de gevolgen van klimaatverandering.
Vraag eens aan je bank of pensioenfonds welke groene opties zij bieden. Wisselen van bank is niet altijd nodig. Het doel is namelijk om zoveel mogelijk mensen en bedrijven te laten overstappen op een natuur-inclusieve economie.
Hoe meer klanten vragen naar groene alternatieven, hoe belangrijker het wordt voor de bank of verzekeraar om daarmee aan de slag te gaan.
Steeds meer financiële instellingen zien namelijk het belang van biodiversiteit en natuurherstel in. En dat zie je terug in hun producten. Zo richtte Robeco een biodiversiteitsfonds op voor zakelijke klanten. Op die manier kan ook jouw geld bijdragen aan een duurzame wereld.
Onze mensen vertellen graag over hun werk. Daarom schrijven ze blogs vol inspiratie, kennis en ervaringen. Veel leesplezier!
